vrijdag 1 juli 2022

Texel of Tessel

vrijdag

Texel of Tessel ? In mijn jonge jaren, dat is dus al lang geleden, noemden we het eiland Tessel en schreven dat ook als Tessel. Die schrijfwijze is langzamerhand gekanteld. Hoewel Texel als enige Waddeneiland niet bij Friesland hoort, maar bij Noord-Holland, is tegenwoordig de 'Friese' spelling Texel de standaard geworden, terwijl de 'Hollandse' uitspraak 'Tessel' gebruikelijk is.

Wat minder bekend is : Texel is (qua oppervlakte) de grootste stad van Nederland. Bij de grootste stad van Nederland denk je waarschijnlijk niet direct aan Texel. Je denkt eerder aan onze hoofdstad Amsterdam, Rotterdam ? Den Haag ?

Ruim 600 jaar geleden, op 26 maart 1415, gaf graaf Willem VI  het ‘lant van Texel’ haar stadsrechten. Daarmee is Texel een echte stad. Een stad met zeven verschillende dorpen en heel veel groen en water. Den Burg, De Cocksdorp, De Koog, De Waal, Den Hoorn, Oosterend en Oudeschild hebben hebben bij elkaar rond 14.000 inwoners. Er zijn op Texel meer schapen dan mensen ! Maar de oppervlakte van de hele gemeente Texel is liefst 586 km2.


De gratis TESO fietskaart :

Een stukje geschiedenis (met dank aan meerdere Texelse bronnen en Wikipedia) : 

Texel werd in 1170 een eiland toen het tijdens de Allerheiligenvloed van het vasteland werd gescheiden. Het landschap van Texel wijkt sterk af van dat van de andere Waddeneilanden, die voornamelijk uit zand- en duingebied bestaan. Op Texel is na afloop van de ijstijd een dikke, uit ScandinaviĆ« meegevoerde, vruchtbare laag keileem achtergebleven. Het keileem is destijds door gletsjers opgestuwd, de ‘Hoge Berg’ (15 meter) bij Oudeschild is daar het meest duidelijke voorbeeld van. In het gebied komen ook veel grote keien in de bodem voor, afkomstig uit de gletsjer morenen. Dit oudste gedeelte van het huidige Texel beslaat globaal de streek tussen Den Hoorn, Den Burg, Hoge Berg, De Waal en Oosterend, het gebied wordt nu nog het 'Oude land van Texel' genoemd. 

Rond 1200 omvatte Texel de stuwwal van Den Hoorn tot Oosterend en het duineiland Ganc rond het huidige De Koog. Texelaars legden onder begeleiding van monniken de eerste kleine polders aan rond de ijstijdheuvels en aan de wadkant van de Koger duinen. De Koog heeft er zijn naam aan te danken, ‘coogh’ was in het oud-Fries (toen de voertaal op Texel) het gangbare woord voor ‘polder’. Aan het begin van de zeventiende eeuw begon het grote werk, toen werd onder leiding van Hollandse ingenieurs de dijk rond polder Waalenburg definitief gesloten. 

Eierland ontstond tijdens een hevige storm in 1296, toen het door een overstroming van de door Friese monniken gegraven Monnikensloot, gescheiden werd van Vlieland. Hierdoor werd Eierland in 1314 officieel  een zelfstandig eiland. Het water tussen Eierland en Vlieland heet sinds die tijd het Eierlandsche Gat. Rond 1550 slibde het Anegat tussen Eierland en Texel dicht. Er ontstond een gebied van zandbanken en kwelders dat uiteindelijk nog slechts bij extreem hoge waterstanden onderliep. 

In 1625 besloten de Staten van Holland tot de aanleg van een zanddijk die Texel met Eierland zou verbinden. De dijk moest de onstuimige zee noordoost van Texel, die regelmatig de kust rond Oosterend en de schepen op de rede van Texel bedreigde, beteugelen. Aan de oostzijde van een breed strand werden in 1629 windschermen van riet en rijshout aangelegd. Deze hielden met succes stuivend zand vast. In 1630 werd de zo ontstane Zanddijk met de hand opgehoogd en waar nodig, gedicht. In 1652 stelde men dat de situatie voor het gebied rond Oosterend aanzienlijk was verbeterd na aanleg van de Zanddijk. De Friese Staten wijten in 1752 de totale ondergang van het kustplaatsje West-Vlieland op Vlieland aan de aanleg van de Zanddijk op Texel.

In 1835 raakte Eierland definitief ingepolderd door de inzet van de uit Antwerpen afkomstige koopman en reder Nicolas Joseph De Cock. Samen met andere ondernemers, verenigd in de ' SociĆ«teit van Eigendom van Eierland' , kochten zij het kwelderland van de Staat, en zetten 1500 arbeiders aan het werk. Binnen een half jaar was Eierland bedijkt. In de nieuw aangelegde polder werd in 1836 een dorp gesticht dat aanvankelijk Nieuwdorp heette, maar dat later naar De Cock werd genoemd : De Cocksdorp.

Een herinnering aan de tijd dat Eierland nog gescheiden was van Texel, is de Slufter, gelegen op ongeveer de plaats van het vroegere Anegat. Het is een uniek natuurgebied dat in open verbinding staat met de Noordzee. Het Sluftergebied bestaat uit een krekenstelsel, dat soms na een storm onder water staat.

In de Sluftergeul leven zeedieren als krabben, garnalen en platvis, en je vindt er zout-tolerante planten als zoutmelde, zeekraal, de geurige zeealsem en lamsoor, waarvan de bloemen in de zomer het hele gebied paars kleuren. Het zuidelijke gedeelte is vrij toegankelijk, in het noordelijke stuk broeden veel vogels, zoals eidereend, bergeend en kluut. 

Niet elke inpoldering was meteen succesvol. De dijk van polder Hoornenburg was in september 1769 voltooid, maar brak een aantal keren door, zo werd het poldergebied weer verdronken land. Pas in 1848 werd de dijk definitief hersteld, en ontstond de Prins Hendrikpolder.

In de loop der eeuwen zijn regelmatig nieuwe zandplaten vanuit het Marsdiep tegen de zuidpunt aangeschoven. Hierop ontstonden nieuwe duinrichels, gescheiden door natte valleien. Door de aanleg van stuifdijken zijn de Horsmeertjes en daarachter de Kreeftepolder ontstaan. Zo kreeg het eiland zijn huidige vorm. Maar nog steeds veranderen de kustlijnen. In het westen slaat de zee duinen weg, in het zuiden komt de ‘Razende Bol steeds dichter naar Texel aangeschoven. 

In 2019 werd de aanleg van de nieuwe, hoge Prins Hendrik zanddijk aan de zuidoost punt gecombineerd met de vorming van een nieuw natuurgebied, de lagune bij Ceres. Zo werd Texel een paar honderd hectare groter gemaakt. Je kunt stellen dat de helft van het eiland door de natuur is ontstaan en de andere helft door menselijk ingrijpen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten