zondag 10 juli 2016

Terschelling (3)


Zondag 10-7-2016. Op zondagmorgen wonen we een PKN dienst bij in het historische kerkje van West. Een bijzondere dienst, de vaste organist is al langere tijd wegens ziekte verhinderd. In plaats van orgelbegeleiding zijn er twee mannen, die als voorzanger fungeren, als zoals nu onder de gasten niemand is die het orgel kan of wil bespelen.
Bij de grote Engelse aanval van 1666 op Terschelling waren dit in 1654 nieuw gebouwde kerkje, en de Brandaris de enige gebouwen van West, die de door de Engelsen aangestoken brand hebben overleefd. In 2016 vindt op vrijdag 19 augustus een grote herdenking plaats van de ramp, die 350 jaar geleden plaatsvond, maar die heel merkwaardig in geen enkel geschiedenisboek is te vinden.

Op het eiland ligt een stuk familiehistorie, vanaf 1856 tot kort na de 2e Wereldoorlog hebben er Clowtings op Terschelling gewoond.  En zoals gebruikelijk op de eilanden, is van de oude bewoners bijna iedereen min of meer (verre) familie. Mijn grootvader en overgrootvader waren hier loodsschipper.

In de kerk hangt een mooi model van de laatste Terschellinger loodsschoener, de 'Terschelling en het Vlie nr 2' , die in 1925 met man en muis vergaan is. Opa Clowting stond bekend om z'n prachtige scheepsmodellen. Hij heeft vele loodsvaartuigen op schaal nagebouwd, ze staan in verschillende musea. Of het model in de kerk ook van zijn hand is, heb ik (nog) niet kunnen achterhalen.

Het dramatische verhaal achter de ondergang van de 'Terschelling en het Vlie nr 2' (opa Clowting die in 1920 als schipper ontslag nam om voor z'n gezin te zorgen nadat z'n vrouw in het kraambed was overleden, z'n zwager die hem opvolgde maar wegens teveel menselijkheid ontslagen werd, de volgende schipper die meerdere keren beboet werd wegens te vroeg binnenkomen bij slecht weer, en met vooruitziende blik zwoer dat hij liever zou verdrinken dan opnieuw te snel binnenkomen), en de vergaande consequenties van dit ongeluk voor de loodsdienst heb ik al eens in een voorgaand blog beschreven.
Veel ex-loodsschoeners varen nog steeds, zie bv. hier de 'Tabor Boy' in de US, en de 'Silver Spray' dichter bij huis.

We hebben het havengeld tot vandaag betaald, maar de vooruitzichten voor windsterkte en -richting zijn zodanig dat onze volgende bestemming Texel nu geen optie is. We boeken een dag bij, en zullen dat blijven doen tot de omstandigheden gunstig zijn. We hebben buren gekregen die juist van Texel zijn gekomen, die zijn lekker voor de wind en stroom hier naartoe gewaaid.

's Middags stappen we op de fiets. In de rest van Nederland schijnt het tropisch te zijn, hier houdt de temperatuur niet over, de zon verdwijnt af en toe achter hoge bewolking. Bij West aan Zee is het toch lekker vertoeven in een duinpan met uitzicht op zee. We fietsen terug naar West over de Longway, grotendeels in de beschutting van de mooie bossen hier. De Longway is ooit in de twintiger jaren van de vorige eeuw als werkgelegenheidsproject aangelegd. Evenals de bossen overigens, vroeger had je op de Waddeneilanden geen bossen. De naam ' Longway' is volgens overlevering ontstaan door de arbeiders die de weg aanlegden, en die als ze naar hun werk liepen uit volle borst 'It's a long way to Tipperary'  zongen....
Bij terugkomst in de jachthaven gaan we eerst douchen, door wind en zand lijken we wel schuurpapier. 's Avonds zien we Portugal Europees voetbalkampioen worden.

Maandag 11-7-2016. Een stormdag, weer geen weer om te varen, we verlengen bij de havenmeester ons verblijf opnieuw met een dag. De windrichting is zuidwest, de golven lopen de jachthaven binnen, waardoor alle boten liggen te schommelen terwijl de wind door de verstaging huilt. Deze windrichting stuwt het water in de Waddenzee op, het hoogwater komt een stuk hoger dan normaal. Dat is goed te zien aan de steigers waaraan de bruine vloot ligt afgemeerd.

Irene blijft 's middags op de boot om te lezen, ik ga naar de 'Tiger' radarstelling die in de oorlog door de Duitsers aan de westkant van het dorp West is gebouwd. Na de oorlog is het bunkercomplex onder zand en bos onzichtbaar geworden. Een stichting is nu bezig de zaak weer op te graven en voor publiek toegankelijk te maken. Je kunt je afvragen wat het nut hiervan is, wat mij betreft hooguit vanuit technisch oogpunt in hoeverre de Duitsers gebruik gemaakt hebben van de radartechnologie die toen in de kinderschoenen stond. Op Youtube staat een filmpje van de vorderingen van de Stichting Bunkerbehoud.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten