maandag 8-7. Klokslag 09:00 verlaten we de Compagnieshaven, na eerst de dieseltank tot de rand volgetankt te hebben. We spoeden ons naar het Naviduct, de sluis die toegang geeft tot het Markermeer. We hebben geluk, bij de aanloop gaan de lichten op groen en varen we met de schepen die liggen te wachten, de sluis in. Het niveauverschil is minimaal, dus kunnen we er snel aan de andere kant weer uit. De route voert ons bijna in een rechte koers richting Amsterdam, we moeten alleen om de vuurtoren 'Het Paard van Marken' op Marken heen. De motor staat aan, we trekken de genua erbij, de koers is bijna recht voor de wind. Het waait stevig, we maken een mooie snelheid. Het nadeel van een voordewindse koers is dat de golven recht van achter inkomen. Het waait een dikke windkracht 4, en de golven bouwen zich snel op tot een hoogte van rond de meter. De 'Chip' giert dat het een lieve lust is, je kan het roer geen seconde alleen laten. Maar op zich vaart het rustig met langzaam onder het schip doorlopende golven, waardoor je continu vertraagt en dan weer versnelt. Wij zijn de enige op deze koers, we zien hier en daar een zeilboot halve wind varen. Na Marken gaan we 20 graden stuurboord uit, even giert het wat minder, maar het gaat harder waaien en binnen de kortste keren gieren we er weer op los. Tegen de tijd dat we in de aanloop naar de Schellingwoudebrug en de direct daarachter gelegen Oranjesluizen zitten, waait het een dikke windkracht 5. Eenmaal in de beschutting van de stad merk je weinig meer van de wind. De brug en sluis draaien drie keer per uur, wij komen perfect getimed aan, en kunnen meteen door, een meevaller. Amsterdam is zoals gewoonlijk een gekkenhuis, boven de tunnel van de Noord-zuid route wordt ballast gestort. Er is maar een klein gaatje vrij, waar alle ponten, rondvaartboten, binnenvaart en de pleziervaart doorheen kunnen. Het Noordzeekanaal is een lang saai stuk om te varen, we trekken de genua erbij en lopen meteen over de 6 knopen, op rompsnelheid.
het slachtoffer |
De gevaren route :
Sleepboot Chip. Weer eens wat anders.
BeantwoordenVerwijderen