zaterdag 17 mei 2014
Tour Nostalgia (2/5) Oudeschild - IJmuiden
Op maandag 13-5 word ik 's morgens opgehaald door Jan en z'n vrouw voor de reis naar Texel. Jan heeft z'n hele leven gevaren bij Smit en vele andere rederijen, en blijkt behalve ex-kapitein en sleepbootgek ook nog een hele goede kok te zijn. Hij zal de inwendige mens verzorgen tijdens de nostalgische reis van de Texelstroom naar Maassluis. We hebben een vlotte reis naar Den Helder, en pakken daar de eerstvolgende veerboot naar Texel. Een retourtje kost € 2,50. Waar vind je nog zulke prijzen voor een zo mooie reis ! We worden door Texelstroom-bestuurslid Renske opgewacht bij de veerhaven 't Horntje, en niet veel later staan we op de prachtige Texelstroom. Tijdens de voorbereidingen voor de tocht maken we kennis met de overige leden van de in totaal 8-koppige bemanning voor deze tocht : schippersechtpaar Henk en Trijntje, Peternel, Els, Gert en Kees. Het blijkt een bont gezelschap, voor het merendeel al niet meer actief in het arbeidsproces maar nog vol energie bezig met niet betaald werk zoals het in de vaart houden van de prachtige Texelstroom.
Voor het vertrek moet nog het een en ander voorbereid worden. Uit een stoffige opbergruimte boven de bedrijfshal van een bevriende firma halen we passende matrassen voor de eigenzinnig vormgegeven loodsen kooien aan boord. Het 'aankleden' van de matrassen met drie lagen, en ze daarna in de krappe bedstee-kooien wurmen is een avontuur op zich. Gezien de weersverwachting voor morgen Bft 4-5 uit NW worden twee riffen in het grootzeil alvast voorbereid. Op een botter van deze afmetingen (ruim 17 meter) en met het zware zeilmateriaal is dit een ander verhaal dan op onze eigen zeilboot die in dat opzicht voorzien is van de modernste snufjes. We krijgen nu al ontzag voor het zware werk dat voor de bemanning uit lang vervlogen tijden dagelijkse routine was.
Na noeste arbeid genieten we van het door Jan op tafel getoverde lekkere eerste avondmaal, dat hopelijk niet meteen ons laatste zal zijn. 's Avonds wordt de hele tocht doorgenomen, waarvan de planning voornamelijk bepaald wordt door getij en stroming, en de weersomstandigheden. Redelijk vroeg zoekt iedereen de kooi op. Dat wil nog niet zeggen dat je er dan ook meteen in ligt. Het bestijgen van de in een beperkte ruimte zeer kunstig aangelegde kooien met kleine deurtjes ervoor blijkt voor iedereen, maar speciaal voor degenen zonder ervaring een vrijwel onmogelijke opgave.
Op dinsdag 14-5 zijn om 05:45 zijn de eerste enthousiastelingen al uit de kooi. Het verlaten van de kooi vergt een zo mogelijk nog groter atletisch vermogen dan het beklimmen ervan. Maar het overlevingsinstinct dat zeilers eigen is, maakt dat je uiteindelijk de weg naar buiten vindt. Nog voor 9 uur gooien we de trossen los, verlaten de haven van Oudeschild, en kiezen het ruime sop van het vaarwater dat de naamgever van onze botter is : de Texelstroom. Onder de beschutting van Texel gaat het rustig aan, maar als we eenmaal echt buitengaats zijn blijkt er een stevige swell te staan. Met gereefd grootzeil, maar verder met volledige zeilbezetting van fok en kluiver ploegen we schuimend door de golven, op weg naar IJmuiden. De helmstok heeft een merkwaardige kromming. Een schip van de bruine vloot heeft bij een ongelukkige aanleg- of vertrekmanoeuvre het roer geraakt terwijl de helmstok vast stond. Een knik was het gevolg, maar er valt mee te leven.
Als we IJmuiden naderen, besluit de schipper om de ver in zee stekende havenmond zeilend binnen te lopen, en in de beschutting van de pieren de zeilen te bergen. In plaats van een gijp wordt er een stormrondje gedraaid om door de wind te gaan. Dat is geen lolletje, want zoals we uit eigen ervaring weten is bij harde wind (en gierende tegenstroom) het gebied rond de pieren een verraderlijke klotsbak. De 50 ton wegende Texelstroom gaat tekeer als een steigerend paard. Eenmaal binnen de pieren blijkt dat een ongewenst gevolg te hebben : de koelwaterpomp weigert dienst, en een grote stoomwolk uit de uitlaat is het gevolg. Een motor overleeft dat niet lang, dus kiest de schipper ervoor om halverwege de haveningang, net voorbij het oude havenhoofd tegen de noordelijke pier voor anker te gaan om de zeilen te strijken.
Nu is de Texelstroom 108 jaar oud, en de ankerlier heeft dus ook die leeftijd. Het kost grote moeite de lier zover te krijgen dat hij het anker laat gaan. Als dat eindelijk lukt, dan gooit de ketting roet (of eigenlijk roest) in het eten : na een paar meter kettinguitloop is er geen beweging meer in te krijgen. Het anker ligt dan net op de havenbodem die ter plaatse vijf meter diep is, maar houdt natuurlijk niet.
Intussen komt er dreigend een hele grote bulkcarrier naar buiten, geassisteerd door een aantal flinke sleepboten. De havendienst wordt op de hoogte gebracht van de noodsituatie, en een van de sleepboten posteert zich tussen de niet te manoeuvreren Texelstroom en de aanstormende tanker, die er steeds dreigender uit gaat zien. Het anker blijkt nu ook met geen mogelijkheid meer op te hijsen, en in de consternatie verloopt de coördinatie aan boord niet helemaal zoals het zou moeten zijn. Door een verkeerd ingesteld marifoonkanaal is de communicatie met de havendienst verbroken, waardoor bij verschillende overheidsinstanties nu overal alarmbellen gaan rinkelen. Een leermoment voor de toekomst ! (bijgaande foto vanaf de brug van de tanker is genomen door een bevriende loods, die toevallig die tour dienst heeft).
Onze motor blijkt na een herstart weer te functioneren, maar met een slepend anker begin je niet veel. De havendienst komt met grote snelheid poolshoogte nemen, en geeft opdracht om aan te leggen op de kop van de veerboothaven. De diepte is daar groot genoeg om met vrijhangend anker naar toe te varen. De havendienst komt naast ons liggen, operationeel schipper Henk en Trijntje als 'papieren' schipper moeten aan boord bij de havendienst komen uitleggen wat er nu precies gebeurd is. Het loopt af met een vermaning om te zorgen voor een goede marifooncommunicatie met de verkeerscentrale.
Intussen maken we als bemanning een praatje met de geüniformeerden van de havendienst, die zo'n oude botter een prachtig object vinden. Ze begrijpen heel goed dat de oude dame moeilijk te hanteren is, ze omschrijven heel treffend het varen ermee als het bewegen van een drol in een pispot. Ze zijn heel relaxed in deze situatie, maar de serieuze ondertoon is toch wel dat communicatie en coördinatie een verbeterpunt moet zijn voor de toekomst. En dat wordt zeker door de Texelstroom bemanning ter harte genomen.
We krijgen een ligplaats toegewezen in de visserijhaven naar een uit dienst gestelde Urker roestbak. Met veel moeite krijgen we anker weer op de plek waar het thuishoort, en het is al rond 20:00 als we aanvallen op de voortreffelijk door Jan bereide avondmaaltijd. Na het hele avontuur nog eens te hebben doorgenomen wordt de planning voor de resterende tocht vastgesteld : morgenochtend vertrekken we vroeg naar Scheveningen, onze volgende tussenstop.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten